Perceel nr. 2
Perceel nr. 2 wordt in 1657 Nieuw Land genoemd. Deze uitgifte is
niet teruggevonden in de archieven en gedateerd op
1600-1657. Volgens de beschrijving van 1657 was het nieuwe land
iets meer dan de helft van het hele perceel.
Perceel nr. 4
225 roeden van perceel nr. 4 wordt in
1657 Nieuw Land genoemd. Deze uitgifte is niet teruggeveonden in
de archieven en gedateerd op 1600-1657.
Perceel 19 t/m 30:
Vanf ca. 1190 werden percelen die
door particulieren gekocht werden van de gemeenschappelijke
gronden belast met een jaarlijkse cijns aan de landsheer. In 1314
gaf de hertog van Brabant zijn Peellandse cijnzen over aan de
heer van Helmond. Cijnzen aan de heer van Helmond rustten dus
oorspronkelijk op percelen die in de periode 1190-1314 van de
gemene gronden gekocht zijn. Bij verdelingen en samenvoegingen
van goed verhuisde een cijns wel eens naar een ander perceel.
Perceel nr. 19 t/m 26 was belast met zo'n cijns aan de heer van
Helmond. De cijns heeft nr. Hm-50 in de Helmondse administratie
in de vijftiende eeuw, en Hm-58 en Hm-65 in de jongere
administratie. Er is geen aanwijzing dat deze cijns vanaf 1406
ooit verdeeld of verhuisd is geweest. Het cijnsbedrag was 13 1/2
nieuwe penningen + 2 oude penningen, wat omgerekend volgens de
gebruikelijke norm een oorspronkelijk uitgegeven perceel van 550
roeden oplevert. perceel nr. 19 t/m 26 waren in 1792 samen 516
roeden groot. De gegevens uit de cijnsregisters zijn:
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-50 (oud) (1406):
2 oude penningen en 13 ˝ nieuwe penningen uit het
erfgoed van wijlen Eligius van Sweenslake
|
Hm-58 (nieuw) en Hm-65 (nieuw) |
De weduwe en kinderen van wijlen
Eligius van Sweenslake
|
Vermeld in 1406, vermeld in 1447 |
Johannes, zoon van Nycolaus Eligius
|
Verwerving in 1447
|
Philip, zoon van Nicholaus Loyen
|
Verwerving in 1447-1465
|
In 1467 wordt deze cijns verdeeld
|
|
Hm-50.1 (oud):
7 ˝ nieuwe penningen en 2 ˝ oude penningen
|
|
Johannes, zoon van wijlen Lucas Frayen
|
Verwerving in 1467
|
De weduwe en 2 kinderen van Johannes,
zoon van wijlen Lucas Frayen
|
Vererving in 1465-1498
|
Goeswinus, zoon van Johannes, zoon van
wijlen Lucas Frayen
|
Verwerving in 1465-1498, vermeld in
1498 |
Aleydis, weduwe van Goeswinus, zoon van
Johannes, zoon van wijlen Lucas Frayen, met haar drie
kinderen
|
Verercinh in 1498-1507
|
Johannes, zoon van Goeswinus Johannes
Lucas Frayen
|
Verwerving na 1507
|
De weduwe van Johannes, zoon van
Goeswinus Johannes Lucas Frayen met haar zes kinderen
|
Vererving na 1507
|
Hm-50.2 (oud)
|
|
Arnoldus, zoon van Johannes
Theodoricuss
|
Verwerving in 1467
|
Henrica, dochter van Henricus Emondes,
weduwe van Johannes Lodders
|
Verwerving in 1465-1498
|
Goeswinus, zoon van Johannes, zoon van
wijlen Lucas Frayen
|
Verwerving in 1465-1498, vermeld in
1498 |
Aleydis, weduwe van Goeswinus, zoon van
Johannes, zoon van wijlen Lucas Frayen, met haar drie
kinderen
|
Verercinh in 1498-1507
|
Johannes, zoon van Goeswinus Johannes
Lucas Frayen
|
Verwerving na 1507
|
De weduwe van Johannes, zoon van
Goeswinus Johannes Lucas Frayen met haar zes kinderen
|
Vererving na 1507
|
Ook perceel 27, 29 en 30 waren samen belast
met een cijns aan de heer van Helmond. De cijns heeft nr. 48 (oude
nummering) en Hm-18 (nieuwe nummering). Het cijnsbedrag was 18
nieuwe penningen. Er is geen aanwijzing dat deze cijns vanaf
1406 ooit verdeeld of verhuisd is geweest. Het oorspronkelijk
uitgegeven perceel was 600 roeden groot, terwijl de drie
percelen in 1792 samen 450 roeden groot waren. De oudst bekende
cijnsbetalers waren:
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-48 (oud) (1406):
18 nieuwe penningen uit het goed Videlaet, akker en
beemd, genaamd Sweenslake
|
Hm-18 (nieuw) |
Johannes, zoon van wijlen Johannes,
genaamd van Haghevenne
|
Vermeld in 1406
|
Nycolaus, zoon van Loyen
|
Verwerving in 1411, vermeld in 1421 |
Arnoldus, zoon van Everardus, genaamd
Raymaeker
|
Verwerving in 1421-1447, vermeld in
1447 |
Johannes, zoon van Jordanus
|
Verwerving in 1447-1465
|
Aleydis, weduwe van Johannes, zoon van
Jordanus
|
Vererving in 1447-1465, vermeld in 1465 |
Damielis van den Acker en de kinderen
van Johannes Pynappel
|
Verwerving in 1465-1498 |
Goeswinus, zoon van Johannes Frayen
|
Verwerving in 1465-1498
|
Arnoldus, zoon van Tielmanus,
schoonzoon van Johannes Lucas Frayen
|
Vermeld in 1498
|
Petronella, weduwe van Arnoldus, zoon
van Tielmanus
|
Verwerving in 1498-1507
|
Gerardus, zoon van Arnoldus Theodoricus
|
Verwerving na 1507
|
Verder was
ook perceel nr. 28 belast met een cijns aan de heer van
Helmond. Het betreft cijns Hm-49 (oud) en Hm-218 (nieuw), met
een cijnsbedrag van 18 1/4 nieuwe penningen en 2 oude penningen,
omgerekend een oorspronkelijk uitgegeven perceel van 708 roeden.
perceel nr. 28 was in 1792 420 roeden groot. De gegevens uit de
cijnsregisters zijn:
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-49 (oud) (1406):
2 oude penningen, 13 nieuwe penningen en 1 oort en 5
nieuwe penningen uit het goed van Johannes van
Sweenslake, eertijds van Henricus Gloria
|
Hm-218 (nieuw) |
Henricus Gloria
|
Vermeld voor 1406 |
Johannes van Sweenslake
|
Vermeld voor 1406 |
Godefridus, zoon van Gerardus Mostaert
(Synapius) van Den Bosch
|
Vermeld in 1406 |
De weduwe van Godefridus, zoon van
Gerardus Mostaert (Synapius) en haar zoon
|
Vererving in 1406-1421, vermeld in 1421 |
Henricus, zoon van Gerardus Mostaert
(Synapius)
|
Verwerving in 1421-1447 |
Hilla, weduwe van Henricus, zoon van
Gerardus Mostaert (Synapius)
|
Vererving in1 421-1447 |
Johannes van Erp, zoon van Lucas
|
Verwerving in 1421-1447, vermeld in
1447 |
Emondis, zoon van Petrus van Vehuyse
|
Verwerving in 1447-1465 |
Goessen van den Heuvel
|
Verwerving in 1447-1465 |
Wilhelmus, zoon van Goesswijnus,
genaams van den Hovel
|
Verwerving in 1447-1465, vermeld in
1507 |
De drie kinderen van Goeswinus, zoon
van Johannes Lucass
|
Verwerving na 1507
|
Johannes, zoon van Goeswinus, zoon van
Johannes Lucass
|
Verwerving na 1507
|
De weduwe van Johannes, zoon van
Goeswinus, zoon van Johannes Lucass
|
Vererving na 1507
|
Het
cijnsoppervlak was 472 roeden (of 34 %) groter dan de grootte
van perceel 19 t/m 30 volgens het maatboek van 1792. Daarom
veronderstellen we dat ook een deel van perceel nr. 16 bij de
oorspronkelijk uitgegeven percelen hoorde.
De
Hoeve Zijtaart
Ook de Hoeve Zijtaart was belast met
een cijns aan de heer van Helmond. Het zijn nummers Hm-42 tot en
met Hm-45 (oude nummering) en Hm-79 en Hm-87 (nieuwe nummering).
Deel I: - uit de nieuwe kamp, 2 nieuwe schellingen
- uit huis, hof
en vitfange, 8 nieuwe penningen
Deel II: - uit de nieuwe
kamp, 12 nieuwe penningen - uit huis, hof
en vitfange, 8 nieuwe penningen - het goed van
Arnoldus van den Hoevel, 2 oude penningen - het erfgoed
van Baldewinus Bleckers, 21 nieuwe penningen
De oudste
cijnsbetalers waren:
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-42.1 (oud) (1406):
2 nieuwe schellingen uit de Nieuwe Kamp (Novo Campo)
|
Hm-79 (nieuw) |
Lucas, zoon van Lucas van Erpe
(bijschrift: Lucas van Belven)
|
Vermeld in 1406 en in 1421
|
De weduwe van Lucas, zoon van Lucas van
Erpe
|
Vererving in 1421-1447 |
Johannes, zoon van Lucas, zoon van
Lucas van Erpe
|
Vererving in 1421-1447, vermeld in 1447 |
Rutgerus van Erp
|
Verwerving in 1465-1498
|
Henricus van Nuenhem, schoonzoon van
Johannes van Erp
|
Vermeld in 1507 |
Philipus, zoon van Henricus van Nuenhem
|
Verwerving ná 1507
|
Wilhelmus, zoon van Philipus, zoon van
Henricus van Nuenhem
|
Verwerving ná 1507
|
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-42.2 (oud) (1406):
12 nieuwe penningen uit de Nieuwe Kamp
|
Lucas, zoon van Johannes van Erpe |
Vermeld in 1406 en
|
De weduwe van Lucas, zoon van Johannes van Erpe
|
Vererving in 1421-1428 |
Johannes van Erpe
|
Vererving in 1421-1428 (ook:
BP-1428, fol. 193) |
Rutgerus van Erp
|
Verwerving in 1465-1498
|
Henricus van Nuenhem, schoonzoon van
Johannes van Erp
|
Vermeld in 1507 |
Philipus, zoon van Henricus van Nuenhem
|
Verwerving ná 1507
|
Wilhelmus, zoon van Philipus, zoon van
Henricus van Nuenhem
|
Verwerving ná 1507
|
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-43.1 (oud) (1406):
8 nieuwe penningen uit huis en hof en vitfange
|
Hm-79 (nieuw) |
Namen als Hm-42.1 (oud)
|
|
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-43.2 (oud) (1406):
8 nieuwe penningen uit huis en hof en vitfange
|
Hm-87 (nieuw) |
Namen als Hm-42.2 (oud)
|
|
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-44 (oud) (1406):
2 oude penningen uit het goed van Arnoldus van den
Hoevel
|
Hm-87 (nieuw) |
Namen als Hm-42.2 (oud)
|
|
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-45 (oud) (1406):
21 nieuwe penningen uit het erfgoed van Baldewinus
Bleckers
|
Hm-87 (nieuw) |
Namen als Hm-42.2 (oud)
|
|
Het totale
cijnsbedrag is 6 nieuwe schellingen, 1 nieuwe penning en 2 oude
penningen. Het oorspronkelijk uitgegeven perceel was 6 bunder en
133 roeden groot. Op geografische overwegingen veronderstellen
we in deze reconstructie dat het oorspronkelijk uitgegeven
perceel perceel nrs. deel van 2, 4b, 5, 6, 10 en 12 betrof.
Het is interessant om te zien dat de grenslijn tussen het gebied
dat al voor 1190 uitgegeven was en het gebied dat tussen 1190 en
1314 uitgegeven werd samenviel met de grens tussen twee
tiendklampen. Dit lijkt er op te wijzen dat de grens tussen deze tiendklampen uit de middeleeuwen dateert.
Nog een andere cijns aan Helmond uit de Hoeve Zijtaart
Hm-83 (oude
nummering) werd in 1408 in 4 delen gesplitst. Een deel rustte in
de achttiende eeuw op Hoeve Zijtaart, twee delen op Hoogeinde
perceel nrs. 5-7 en een deel op Kruisbroeders nr. 18. In deze
reconstructie nemen we aan dat deze cijns oorspronkelijk op een
perceel aan het Hoogeinde rustte. Zie de
toelichting bij de Hoogeinde, De cijnsbetalers waren:
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Hm-83 (oud)
1406: 18 nieuwe penningen en 9 nieuwe penningen uit het
erfgoed van Nycolaus, zoon van Lambertus Snijders (Sartoris)
|
De weduwe van Egidius, zoon van Aleidis van der Voert,
met haar kinderen
|
Vermeld in 1406 |
In 1408 wordt de cijns in 4 delen gesplitst
|
Hm-83.1 (oud): 5 nieuwe penningen en 1 nieuwe obol
|
Hm-79 (nieuw)
Hoeve Zijtaart |
Lucas, zoon van Lucas van Erpe
|
Verwerving in 1408, vermeld in 1421
|
De weduwe van Lucas, zoon van Lucas van Erpe
|
Vererving in 1421-1447 |
Johannes van Lucas, zoon van Lucas van Erpe
|
Verwerving in 1421-1447, vermeld in 1447 |
Henricus van Nuenhem, schoonzoon van Johannes van Erp
|
Verwerving in 1447-1507 |
Philip, zoon van Henricus van Nuenhem
|
Verwerving ná 1507
|
Wilhelmus, zoon van Philip, zoon van Henricus van
Nuenhem
|
Verwerving ná 1507
|
Hm-83.2 (oud): 5 nieuwe penningen en 1 ˝ nieuwe oort
|
Hm-55 (nieuw)
Hoogeinde nrs. 5-7 |
Johannes, zoon van Emond
|
Verwerving in 1408 |
Henricus, zoon van Arnoldus, zoon van Nycholaus van de
Tillaer
|
Verwerving in 1414, vermeld in 1447
|
Wilhelmus, zoon van Henricus, zoon van Arnoldus van de
Tillair
|
Verwerving in 1447-1465
|
Elizabeth, weduwe van Wilhelmus, zoon van Henricus, zoon
van Arnoldus van de Tillair, met haar 6 kinderen
|
Vererving in 1465-1507
|
Hm-83.3 (oud): 5 nieuwe penningen en 1 ˝ nieuwe oort
|
Hm-96 (nieuw)
Kruisbroeders 18 |
Henrius, zoon van Henricus van de Ryt
|
Verwerving in 1408, vermeld in 1421 |
De weduwe van Arnoldus van der Culen (de Culen)
|
Verwerving in 1421-1447, vermeld in 1447
|
Arnoldus, zoon van Henricus van de Rijt
|
Verwerving in 1447-1465, vermeld in1 465
|
Jutta, weduwe van Arnoldus, zoon van Henricus van de
Rijt, met haar 5 kinderen
|
Vererving in 1465-1498, vermeld in 1498 |
Gerardus, zoon van Henricus Roverus
|
Verwerving in 1498-1507
|
De 2 kinderen van Gerardus, zoon van Henricus Roverus
|
Vererving ná 1507
|
Jutta, dochter van Gerardus Petruss Vriezen
|
Verwerving ná 1507
|
Hm-83.4 (oud): 10 nieuwe penningen en 3 nieuwe oort
|
Hm-55 (nieuw)
Hoogeinde nrs. 5-7 |
Wilhelmus, zoon van Egidius van der Voert
|
Verwerving in 1408 |
Henricus, zoon van Arnoldus, zoon van Nycholaus van de
Tillaer
|
Verwerving in 1415, vermeld in 1447
|
Verder namen als Hm-83.2 (oud)
|
Perceel nr. 13 en 15:
Van perceel nr. 15 werd 20
roeden in 1637 uitgegeven. Van het aangrenzende perceel nr. 15
wordt 25 roeden in 1657 Nieuw Land genoemd. Deze uitgifte is
niet teruggevonden in de archieven. We nemen aan dat ook dit
perceel in 1637 uitgegeven werd.
Perceel nrs. (35,
37 en 38), deel 2, een cijns aan de hertog:
Tussen
1380 en 1392 werd 1 lopens van de gemene gronden uitgegeven. Het
perceel werd toen omschreven als "vuytfang op Zytart waer zijn schuur op
staet". In de achttiende eeuw rustte de cijns op een
perceel aan het Havelt, Geluk, nr. 7. Op een gegeven moment is
deze cijns verhuisd van
Zijtaart naar Geluk, nr. 7. De namen van de belendende percelen
bij de omschrijving van het cijnsgoed in 1646 wijzen op lieden
die op het Geluk gegoed waren, zodat de cijns al voor 1646
verhuisd zal zijn. De namen van de cijnsbetalers zijn:
Cijnsbetalers:
|
Transactie en datum: |
Van vuytfang op Zytart waer zijn schuur op staat
Lasten:
-
een cijns van 1 oude penning aan de hertog van Brabant.
Deze cijns is op 14-2-1661 afgelost
|
Hg-39 (1380-1392)
|
Ywanus, zoon van Lambertus
|
Koop van de gemeente in 1380-1392, vermeld in 1418 |
Elizabeth de weduwe van Ywanus, zoon van Lambertus
|
Vererving in 1418-1443 |
De 3 kinderen van Theodoricus Ywanus
|
Verwerving in 1418-1443 |
Johannes, zoon van Rodolphus Marien
|
Verwerving in 1418-1443, vermeld in 1450 |
Mechtildis, dochter van Johannes, zoon van Rodolphus
Marien
|
Vererving in 1450-1499 |
Henrica, dochter van Johannes, zoon van Rodolphus Marien,
getrouwd met Gerardus Smolners
|
Verwerving in 1450-1499, vermeld in 1499 |
Johannes, zoon van Daniel Danels
|
Verwerving in 1499-1524 |
Judocus, zoon van Johannes, zoon van Daniel Danels
|
Verwerving in 1499-1524 |
Johannes, zoon van Henricus Smeets
|
Verwerving in 1499-1524 |
Peter, zoon van Henrick Huybertss
|
Vermeld in 1646 |
Michiel Adriaen Donckers
|
Verwerving rond 1646 |
Catharina, weduwe van Michiel Adriaen Donckers
|
Vererving in 1646-1661 |
Perceel nrs. (35, 37 en 38), deel 2, een cijns aan de heer van
Helmond:
Uit perceel nrs. (35, 37 en 38), deel 2 werd
ook nog een cijns betaald aan de heer van Helmond. Deze cijns
heeft nummer Hm-103 in de administratie van de heer van Helmond
uit de vijftiende eeuw. In 1429 werd de cijns in 3
delen gesplitst. Een deel vinden we in 1733 terug in Zijtaart
nrs. (35, 37 en 38), deel 2 (Hm-198 (nieuwe nummering),
een ander deel op perceel in de achttiende eeuw op Klopperdam
nr. 1 (Dorshout) (Hm-57 (nieuw)) en een deel rustte in de achttiende eeuw
op Heemberg, nr. 19 (Hm-77 (nieuw)). In deze reconstructie gaan we er van uit
dat het oorspronkelijk uitgegeven perceel op Heemberg gelegen was,
Voor de namen van de cijnsbetalers, zie
de
toelichting bij Heemberg.
|