Lankveld - toponiemen

Naam:

 

Erpse Dijk

Vermeldingen door Cornelissen:

 

Nieuwlandt aen de erpse dijk [GVE12-130v (1777)].

 

Verklaring door Cornelissen:

 

Vrijwel zeker wordt de provinciale weg Veghel-Erp bedoeld, die van oudsher de hoofdverbinding tussen de twee plaatsen vormt. Benoeming naar de ligging.

Ligging:

 

Perceel nr. 4 lag naast de Erpse Dijk

Opmerkingen:

 

Is inderdaad de latere provinciale weg Veghel-Erp.

 

 

 

 

Naam:

 

op Ham

Vermeldingen door Cornelissen:

 

Quondam manso dicto vulgaris hamme [GVIE2 (1368)]

 

in parochia de vechel in locum dictum op den ham Godefridi de Erpe [GVIE2 (1391)]

 

de hoeve 't goet te ham in Vechel [BP1184-100 (1405)]

 

hoeve op hamme [BP1437-53v (1438)]

 

hoeve hamme [GVE2-39 (1500)]

 

sijn lant op ham [GVE15-8 (1624)]

 

1/3 beemt agter ham, twee karre hoijgewas [GVE12-128v (1777)]

 

op ham [kad. (1832)];D 866-984

 

het ham in de nieuwe veldjes [N. (1891)]; D 1026, 1027 (b: 66.70).

 

Verklaring door Cornelissen:

 

Gebied aan de noordzijde van de Zuid- Willemsvaart, grenzend aan Erp. 't Ham is een groot stuk grond in Veghel. Als toponiem is het gebruikelijk voor spits toelopende percelen. Dit is in ons geval niet meer na te gaan. De grenzen van 't ham zijn wel zo vaag, dat niemand meer precies weet, waar het begin en waar het einde is. het is een buurtschap. Ook in de hydronymie komt het woord voor. De naam Hemelrijk kan een volksetymologische vervorming zijn van 'heem, grens (Lindemans 1928, -150) en rike, gebied, of van ham, hemmekin, inham, afgeperkt of omheind stuk grond (Frans Claes, Naamkunde 1987 -69).

 

Verklaring door Beijers en Van Bussel:

 

ex manso op ham (1391, Schriften Smulders)

 

Ham afgeleid van ‘hamma’ betekent: landtong uitspringend in een inundatiegebied. Het kan ook een bocht in de rivier zijn. De meanderende (grens)rivieren vertoonden veel bochten en kronkels en de naamgeving ging over op tegen de rivier aanliggende gras- en hooilanden of beemden [redactie]. Men dient ook rekening te houden met de familienaam van den Ham en Hammen. Hamsvoort en Hamsfort [in Middelrode verbasterd tot Haffert] kan een voorde zijn bij een inham van de beek. Verwant aan dit element, maar niet voorkomend in de cijnskringregio, is het woord ‘hem’ = hoek aangeslibd land, weiland in een rivierbocht of aan een water. De oorspronkelijke betekenis van ‘ham’ en ‘hem’ is omheind stuk land, af te leiden van het ww. hemmen = hinderen.

 

Gijsseling 1954; v.Berkel & Samplonius 1989:80.

 

Ligging:

 

Perceel nrs. 4, 6, 8-23

Opmerkingen:

 

Ik sluit me aan bij de verklaring gegeven door Beijers en Van Bussel.

 

 

 

 

Naam:

 

op ’t Havelt

Vermeldingen door Cornelissen:

 

Uuyt erffenissen aen dat havelt gelegen [GVIE2 (1443)]

 

in die nederboect aent havelt Hs- (1519-1538)]

 

zijnen hoff ende lant aen't havelt [GVE15-33 (1624)]

 

uytten aabempt aen't havent [HH163-2 (1714-1783)]

 

hertgang 't havelt [GVE12-107 (1778)]

 

het haveld [kad. (1832)]; D 1131-1256

 

het haveld [N. (1883)]; D 1231 (b: 45.10)

 

In 't goet te hanvelt [BP1184-182v (1405)]

 

die hoeve te hanevelt en die hoeve te hanenvelt [BP1208-229v (1439)]

 

huis die hovel aent haenvelt [Hs- (± 1495)]

 

sitis in prochia de Vechel ad locum dictum aent haenvelt [GVIDI-3 (1532)]

 

't goed van Haneveldt [Mrv1325-4 (1633)]

 

't goed van Hanevelt, Vechel, genaemt de Lankveltse hoeve [Mr92-72 (1780)].

 

Verklaring door Cornelissen:

 

Buurtschap en gebied aan de oostzijde van de dorpskom, zuidelijk van de weg naar Erp. Misschien een nevenvorm van of ontstaan uit het toponiem Davelaar (zie Davelaar). Op grond van bovenstaande opgave zou men gelijkenis verwachten met Hamveld. Maar 't Havelt en 't Ham zijn twee onderscheiden stukken grond. De namen zijn nog algemeen bekend. Misschien is een etymologie oorspr. hovevelt aanvaardbaar. Bij contractie (korte -e- staat tussen gelijke consonanten) ontstaat hovelt. In dialectische uitspraak misschien vervormd tot Havelt. Bij deze constructie zou eveneens een naam "Hoffelt" of "haffelt" mogelijk zijn. Een tweede mogelijkheid is wellicht een vorm: ho-veld, een hoog veld.

 

Haanveld is vermoedelijk identiek met het Hamvelt. Het eerste lid kan ook een persoonsnaam zijn vgl. Henrick Willem die Haan 1431 (Kl.V.P. -103v).

 

Verklaring door Beijers en Van Bussel:

 

Hanvelt (Leenboeken 1312)

 

Soms staan haantoponiemen in verband met de cijns die op het betreffende perceel rustte, een haan. Meestal echter moest de cijnsplichtige kapoenen, ganzen of hoenders leveren aan de cijnsheffer.

 

Ook kan het afleiding van een familienaam zijn, nl. de familie Hanen, die verspreid voorkwam in de cijnskring.

 

Haannamen kunnen ook refereren aan plaatsen waar hanengevechten werden gehouden of aan plaatsen waar korhanen of patrijshanen voor kwamen. Het baltsen van korhanen in het voorjaar gebeurde op speciale plekken op de heide. Dit spectaculaire gebeuren in de vroege ochtend zal niet onopgemerkt zijn gebleven. Korhoenders komen voor in de overgangsgebieden tussen open heidevelden en bossen en op de randen van de akkers, moerasgebieden en broekgronden. De aanwezigheid van bomen, bij voorkeur in verspreide lage bosjes grenzend aan open plekken, ontstaan door afbranding, was essentieel voor hun biotoop. De vogels fourageerden daarbij op de (kleinschalige) akkers en broedden op de heide. Benamingen naar vogelnamen komen in de toponymie frequent voor.

 

De Vlier­dense Haanakker is waarschijnlijk een verbasterde vorm van de Hagenakker. Zo kan Handelaar onder Kalmthout gevormd zijn vanuit Haanlaar.

 

Knippenberg 1954:106; Buiks 1990:99; Trommelen 1994:236; Buiks & Leenders 1993 dl.3:313; Beijers 1992:146.

 

Ligging:

 

Perceel nr. 3

Opmerkingen:

 

Een iets oudere vermelding dan die gesignaleerd door Beijers en Van Bussel is de persoonsnaam Willem van Hanevelt vermeld in de uitgiftebrief van Jekschot in 1311. Havelt is waarschijnlijk een evolutie uit Hanevelt.

 

De verklaringen gegeven door Cornelissen zijn niet overtuigend. Beijers en Van Bussel wijzen op de mogelijkheid van een “cijnshaan”. Daarvoor bestaan geen aanwijzingen. Blijven over: verwijzing naar een vogel, of een persoonsnaam (of een onbekende andere verklaring). Vernoeming van een gebied of perceel naar een vogel was zeldzaam en vernoeming naar een persoon gebruikelijk, zodat de verklaring “vernoeming naar een persoon” de voorkeur verdient.

 

 

 

 

Naam:

 

Lankvelt

Vermeldingen door Cornelissen:

 

Die hoeve te lancvelt en die hoeve te hanenvelt [BP1208-229v (1439)]

 

het langvelt op het havelt [Ms-]

 

't goed te lanckvelt in erpe en vechel op ham [Mr1325-67 (1633)]

 

eeusel aent lankvelt [GVE12-102v (1778)].

 

Verklaring door Cornelissen:

 

-

Ligging:

 

Perceel nr. 2. perceel nr. 4 lag “aant Lankvelt”

Opmerkingen:

 

Genoemd naar de vorm van een bepaald veld. Later overgegaan op een groter gebied. Vermoedelijk was het oorspronkelijke uitgegeven Lange Velt perceel 2, 4 t/m 13 en een groot deel van 't aangelegen gebied De Eeusels. Zie de toelichting bij deel Eeusels.

 

 

 

 

Naam:

 

Lantweer

Vermeldingen door Cornelissen:

 

Gelegen omtrent der lantweren [GVIE2 (1384)]

 

de landweer (door Hoger Duinen) [kad. (1832)]; C 373, 374 (he: 1.50.60).

 

Verklaring door Cornelissen:

 

Ligging op Hogerduinen. Landweer 2) Wal opgeworpen ter verdediging van het land tegen den vijand/ook dijk ter verdediging tegen het water? (W.N. T. -1034). Kan de landweer op het wat hoog gelegen Hogerduinen als funktie gehad hebben het tegengaan van zandverstuiving?

 

Ligging:

 

Perceel nr. 2, 4

Opmerkingen:

 

Perceel nr. 2 lag "op die Lantweere'. Perceel nr 4 t/m 14 wordt omschreven als "een eeussel by die lantweere gheleghen". Beide omschrijvingen dateren uit de 15-de eeuw. In het verlengde daarvan naar het westen lag de Haveltse Wal.

 

In 1498 tijdens een geschil tussen de inwoners van Eerde en Creytenborch enerzijds en de inwoners van Veghel anderzijds over gebruiksrechten in de Veghelse gemeint, betoogden de inwpners van Eerde en Creytenborch dat zij met de inwpners van Veghel hadden moeten onderhouden die lantweren op d’ander zyde van der rivieren geheeten die Aa, gelegen op die palen ende frontieren. Hieruit volgt dat de landweer ten oosten van de Aa lag op de grens van Veghel.

 

Het lijkt er op dat toen het Langveld voor 1190 van de gemene gronden verkaveld en verkocht werd het goed geheel of gedeeltelijk omgeven werd door een wal, vermoedelijk door een sloot te graven en met het zand een aarden wal te vormen. De belangrijkste functie lijkt me het afbakenen van persoonlijke rechten op dat eigen bezit, en het tegengaan van gebruik door andere lieden om er vee te laten grazen en dergelijke. Rolf Vonk schreef op 25-2-2012: Leenders (2011) en Brokamp (2007) hebben over de landweren en wallen in Noord-Brabant geschreven. De beschrijvingen van Leenders lijken van toepassing te zijn op de functie van de landweer bij het Lankveld/Havelt, namelijk de functie als houtwal. Leenders omschrijft het vroeger veelvuldig voorkomen van akkerlanden omgeven door wallen die beplant werden met (eiken)hout. Het hout was voor het huishoudelijk gebruik en de wallen hadden dus een economische betekenis. Leenders bespreekt het verschijnen van toponiemen in oude bronnen die wijzen op de aanwezigheid van afgeschermde akkers (slagbomen, veehekken etc.).

 

Hoewel niet onderzocht, lijkt het er sterk op, dat met name de afgelegen ‘kampen’ door aarden wallen omgeven waren. Deze wallen waren opgeworpen met het zand dat men uit greppels groef en waren beplant met levend hout. Dit verschijnsel deed zich overigens ook voor bij oud cultuurland dat in latere tijd opnieuw werd ingericht. Je reconstructie van Veghel kan hier wel eens een bewijs voor zijn, gezien de ligging van de toponiemen Haveltse Wal en Landweer op de scheiding tussen oud en nieuw cultuurland. Met name het toponiem ‘Haveltse Wal’ zou dan passen binnen de veelvuldig in Brabant aanwezige houtwallen. Je beschrijving dat het hier kan gaan om het afbakenen van persoonlijke rechten op eigen bezit, gecombineerd met economische voordelen van een hakhoutwal zouden hier dus wel eens kunnen kloppen. De houtwal is dan een economisch verschijnsel in het cultuurlandschap.

 

Deze wal is iets anders dan de landweer. Als men in de regesten van de zestiende-eeuwse schepenprotocollen (zie onder de downloads) zoekt op "landweer" of "lantweer' dan blijkt dat aan veel huizen en landerijen in Veghel, onder andere gelegen op het Dorshout, het Hezelaar en Beukelaar de plicht verbonden was om een deel (vaak een roede) van de landweer te onderhouden. Dat betekent dat de landweer iets gemeenschappelijks was van het dorp en niet van bepaalde personen. 

 

Brokamp, B. (Landweren in Nederland (deel I en deel II), (Utrecht, 2007); Leenders, K.A.H.W., Wallen in Brabant (Den Haag, 2011)

 

 

 

 

Naam:

 

Nieuvelt

Vermeldingen door Cornelissen:

 

-

Verklaring door Cornelissen:

 

-

Ligging:

 

Perceel nrs. 16, 17, 18, 20

Opmerkingen:

 

Deze percelen (en ook perceel nr. 15) zijn in 1720 van de gemene gronden verkaveld en aan particulieren verkocht.

 

 

 

 

Naam:

 

Pauwels veldt

Vermeldingen door Cornelissen:

 

Cornelissen signaleert een Pauluseveld in Eerde

Verklaring door Cornelissen:

 

-

Ligging:

 

Perceel nr. 4

Opmerkingen:

 

Dit perceel wordt in 1780 gekocht door Paulus van der Pol.

 

 

 

 

Naam:

 

Rouwvelt

Vermeldingen door Cornelissen:

 

het rouwveld [kad. (1832)]; D 1032-1037, 1039-1048, 1051-1055, 1075-1079

 

rouwveld [N (1847)]; D 1033-1062 (b, w, ho en bos: 25.03.80; w: 46.20), 1068 (w: 61.60)

 

rouwveld [V.-]; A 864 verk. (he: 22.96.80).

 

Verklaring door Cornelissen:

 

Gebied tussen het Havelt en de grens met Erp, aan de oostzijde van de weg naar Erp, tevens een perceel in het oost-Dubbele. "Rouw" in de betekenis van "ruw, ruig". Het betreffende gebied bestond anno 1832 voor een groot deel uit opgaand geboomte, hakhout en dennebos.

 

Ligging:

 

Perceel nrs. 4-13

Opmerkingen:

 

-

 

 

Afkortingen Cornelissen     Afkortingen Beijers-Van Bussel     Kaart van Veghel     Lankveld