Blankenburg - toelichting op de uitgiften

1.
Vanaf 1190 werden percelen die door particulieren van de gemene gronden gekocht werden belast met een cijns aan de "landsheer". Aanvankelijk was dat graaf van Gelre en vanaf 1231 de hertog van Brabant. In 1314 gaf de hertog van Brabant zijn cijnzen over aan de heer van Helmond. Uitgiften van na 1314 werden weer belast met een cijns aan de hertog van Brabant. Hieruit volgt dat percelen belast met een cijns aan de heer van Helmond in de periode 1190-1314 door particulieren van de gemene gronden gekocht zijn.

In de administratie van de heer van Helmond komt een cijns voor (Hm-141) van 2 stuivers en 8 penningen (0-2-8) die al voor 1599 gesplitst was in een cijns van 8 penningen, rustend op Erpse Dijk nr. 3 en een cijns van 2 stuivers rustend op Blankenburg nrs. 1 en 3. Deze cijns gaat terug op 5 verschillende cijnzen die in de administratie van de heer van Helmond van voor 1600 nrs. Hm-135 t/m Hm-139 hebben. De totale grootte van de oorspronkelijk uitgegeven percelen is 19 1/4 lopens.

Erpse Dijk 3 is 6 lopens groot. en Blankenburg nrs. 1 en 3 waren samen 12 lopens groot. Daarvan werd ongeveer 3 lopens in 1488 en 1659 uitgegeven, de resterende 9 lopens zijn ouder. We nemen aan dat ook perceel nr. 4 (3 lopens) en nr. 9 (2 lopens) deel waren van het oorspronkelijk in 1190-1314 uitgegeven perceel.

Hm-136 en Hm-137 werden betaald uit het erfgoed van wijlen Yda Brakenen. Goed van wijlen Yda Brakenen treffen we ook aan bij een cijns die op Erpse Dijk nr. 6 rustte.  Hm-136 en Hm-137 betreffen een perceel van iets groter dan 1 lopens. Het is mogelijk dat deze cijns pas later (maar wel al voor of kort na 1406) aan Blankenburg nrs. 1 en 3 en Erpse Dijk nr. 3 verbonden raakte. In dat geval kloppen de oppervlakten nog beter.

Het is aan de hand van de bekende gegevens niet vast te stellen waar de oorsponkelijk uitgegeven percelen van die 5 cijnzen (Hm-135 t/m 139) precies lagen, dus welke cijns oorspronkelijk aan Erpse Dijk nr. 3 verbonden was en welke cijns Blankenburg nrs. 1 en 3. Wat grootte betreft zou Hm-238 oorspronkelijk aan Erpse Dijk 3 verbonden kunnen zijn geweest, maar dat blijft gissen. We geven daarom hier alle cijnsbetalers uit de vijftiende eeuw.

 

Hm-135: 1406: 4 nieuwe penningen uit een perceel grond genaamd Braexken

 

Henricus van Peer (de Piro)

 

 Vermeld in 1406

Hm-135 wordt in 1411 in 2 delen gesplitst  

Hm-135.1: 2 nieuwe penningen 

 

 

Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1411, vermeld in 1421 

Hm-135.2: 2 nieuwe penningen 

 

 

Wilhelmus, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1411 

Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1411, vermeld in 1421

Hm-135

 

 

De 5 kinderen van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Vererving in 1421-1447, vermeld in 1465 

Hm-135, deel a:

 

 

Ermgard en Hilla, kinderen van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1465-1498 

De 7 kinderen van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro), en de 3 kinderen van Godefridus, zoon van Boudekinus Berniers

Verwerving in 1465-1498, vermeld in 1507 

De weduwe van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro) met haar 7 kinderen

Vererving na 1507

Twee kinderen van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Vererving na 1507

Anna, dochter van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Vererving na 1507

Hm-135, deel b:

 

 

Bela en 2 andere kinderen van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1465-1498 

Hendricus, zoon van Arnoldus, zoon van Roverus Zegers

Verwerving in 1465-1498, vemeld in 1507

(..) Daniel, zoon van Adrianus Denen

Verwerving na 1507 

Romboldus, zoon van Hendricus Andreas

Verwerving na 1507 

 

 

 Hm-136: 1406: 1 oude oort uit het erfgoed van wijlen Yda Lenekinus Brakenen 

 

  Dezelfde eigenaren als Hm-135

 

 

 

 Hm-137: 1406: 1 nieuwe penning uit het erfgoed van wijlen Yda Lenekinus Brakenen 

 

  De weduwe en kinderen van Johannes van Vranckevoert

Vermeld in 1406 

  Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1411 

  De 5 kinderen van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Vererving in 1421-1447, vermeld in 1465 

  Hierna dezelfde reeks eigenaren als Hm-135

 

 

 

 Hm-138: 1406: 6 oude penningen uit de hoeve van Oda Ghunsen

 

  Henricus van Peer (de Piro)

 

Vermeld in 1406 

Hm-138 wordt in 1411 in 2 delen gesplitst  

Hm-138.1: 3 oude penningen 

 

 

Lambertus, natuurlijke zoon van Henricus, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

 

Verwerving in 1411, vermeld in 1421 

Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1421-1447

Hm-138.2: 3 oude penningen 

 

 

De weduwe van Arnoldus, zoon van Henricus van Peer (de Piro) met haar kinderen

Vererving in 1411

  De kinderen van Arnoldus, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

 Verwerving in 1406-1421, vermeld in 1421

 Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1421-1447 

 Hm-138

 

 

 De 4 kinderen van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Vererving in 1421-1447, vermeld in 1447 

 De 5 kinderen van Johannes, zoon van Henricus van Peer (de Piro)

Verwerving in 1447-1465, vermeld in 1465 

 Hierna dezelfde reeks eigenaren als Hm-135.1. Hm-138.2 (3 oude

 penningen) wordt op een gegeven moment niet meer overgenomen in de

 cijnsboeken

 

 

 

 Hm-139: 1406: 9 oude penningen en 1 nieuwe penning uit het erfgoed van Aleidia van Peer (de Piro)

 

 Aleidia van Peer (de Piro)

Vermeld vóór 1406

 Johannes, zoon van Arnoldus van den Hove (de Atrio)

Vermeld vóór 1406

 Henricus van Peer (de Piro)

Vermeld in 1406 

 Hierna dezelfde reeks eigenaren als Hm-138. Hm-139.2 (4 1/2 oude

 penningen en 1/2 nieuwe oort) wordt op een gegeven moment niet meer

 overgenomen in de  cijnsboeken

 

 

 

2.
Behalve uit perceel nrs. 1 en 3 wordt uit geen enkel perceel van het hier besproken deel werd een cijns betaald aan de heer van Helmond of de hertog van Brabant. Dit betekent dat (afgezien van een strook percelen aan de rand en perceel nrs. 1 en 3) dit deel al voor 1190 van de gemene gronden aan een of meerdere particulieren verkocht is. De hoge ouderdom wordt bevestigd doordat perceel nr. 17 een deel was van het leengoed Haenvelt dat al in 1312 genoemd werd.

Ook het naamselement '-burg' kan als een aanwijzing voor een middeleeuwse oorsprong gezien worden. Het betekent 'grote hoeve'. Krijtenburg werd in 1314-1340 van de gemeenschappelijke woeste gronden aan een particulier verkocht en Logtenburg in de vijftiende eeuw.

Overigens is het nog wel mogelijk dat bij verder onderzoek zal blijken dat enkele aan de rand gelegen percelen, zoals het strookvormige perceel nr. 25 van recentere datum zijn.

Kaart van Veghel     Blankenburg