PA Zijtaart,
parochiememoriaal. |
|
Pastoor Smits
schreef over de winter 1890-1891: 'Dit
jaar kenmerkte zich door een
buitengewoonen kouden en langdurigen
winter. De koude begon op 25 November en
duurde zonder tusschenpozen tot het
laatst van Januari, en daarna met kleine
intervallen tot de maand April. Veel werd
overal voor de armen gedaan, ook te
Veghel werd herhaaldelijk een collecte
gehouden, bijna uitsluitend bij de
welgezeten burgers der gemeente. Die
collecte slaagde uitmuntend. Door de
Commissie die zich daarmede belast had,
werd een flinke som aan den Pastoor van
Seitaart ter hand gesteld, om die onder
de huisarmen der parochie te verdeelen.
Dit geschiedde, ofschoon geen enkel
parochiaan van Seitaart iets in de
collecte had bijgedragen. Alleen die
armen werden uit die collecte bedeeld,
welke geen ondersteuning van het
kerkelijk of burgerlijk armbestuur
kregen.'
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv .nr. 31
vonnis 35 dd 19-2-1891 |
|
Antonius van Eert, 23 jaar Gerarduszn, schaapherder
wonende op den Biezen (Krijtenburg 6). Op 7 februari 1891
liet hij op den Biezen een kudde schapen grazen op de
wei van de weduwe Kremers. Vijf gulden boete. Op 6 juni
1891 werd hij voor hetzelfde vergrijp opnieuw bekeurd, toen hij
zijn schapen liet grazen in het Rijbroek. Drie gulden
boete.
|
GA Veghel, inv. nr.
26, fol. 188v. |
|
Er is bij de gemeente Veghel een brief van
Gedeputeerde Staten van 26 februari 1891
binnengekomen, waarin opgemerkt wordt
dat aan de openbare school te Zijtaart
een hulponderwijzer ontbreekt en dat een
hulponderwijzer wel wettelijk verplicht
is. Op 17 maart 1891 werd besloten om de
betrekking te adverteren en een jaarwedde
van 400 gulden te geven. Er zou niemand
solliciteren, vermoedelijk vanwege het
lage salaris. In Zijtaart waren toen al
twee onderwijzers. Waarschijnlijk was een
derde onderwijzer verplicht omdat er meer
dan 100 kinderen op school waren.
Vermoedelijk was het salaris laag
gehouden omdat de gemeente geen derde
onderwijzer wilde. In 1886 werden de
Erpse kinderen al geweigerd, omdat men
teveel kinderen had en er gevaar bestond
dat men wettelijk een derde onderwijzer
nodig zou hebben. Kennelijk was het in
1891 dan toch zo ver gekomen.
|
PA Zijtaart,
parochiememoriaal. |
|
In maart 1891
overleed Joannes van
Asseldonk, kerkmeester. 'Hij
behoorde reeds tot de Commissie door Mgr.
Zwijssen belast met het bouwen der kerk
en was vanaf de oprichting der parochie
lid van het kerkbestuur. Veel heeft de
man voor de kerk en parochie gedaan. In
zijn plaats werd tot kerkmeester benoemd Antonius van
Asseldonk, neef of
broederzoon van zijn voorganger.'
|
PA Zijtaart,
parochiememoriaal. |
|
Nadat het werk
gedurende de barre winter had stilgelegen
werd er in het voorjaar van 1891 weer
verder gewerkt aan de aanleg van de
keiweg van de Zuid-Willemsvaart over
Zijtaart naar Zondveld. Rond pasen 1891
was de weg klaar.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 31
vonnis 85 , 234 en 270 dd. 9-4-1891; 14-5-1891, 4 en
18-6-1891 |
|
Theodorus Pepers,
Lambertuszn,15 jaar wonende te Zondveld (Jekschotstraat
1) en aldaar geboren op 7-2-1876. Op 12 maart liet hij
in het gehucht Zijtaart twintig schapen laten lopen op
grond bezaaid met rogge van Johannes van Asseldonk. Hij
kreeg een boete van twee
gulden. Op 14 mei werd hij opnieuw bekeurd, toen zijn
schapen in het Hool onder Erp op verboden gebied liepen.
Een gulden boete. Op 4 juni alweer een bekeuring voor
dit feit en weer voor twee gulden. Op 18 juni alweer en
alweer twee gulden boete.
|
PA Zijtaart,
parochiememoriaal. |
|
In het voorjaar van
1891 werd de bestrating op het voorplein
van de kerk uitgebreid tot aan de
aangelegde keiweg. Het werk werd
uitgevoerd door de gebroeders Van Lee.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 31
vonnis 185 dd. 20-5-1891 |
|
Piet de Leest, 24
jaar, landbouwer op Zondveld (Jekschotstraat 5). Hij
had wildstrikken gezet terwijl hij hiervoor op
10 november voor het kantongerecht te Eindhoven al eens
was berecht. De veldwachters troffen hem aan toen hij
koperdraden wildstrikken en harenstrikken aan het
opstellen was. Alles werd in beslag genomen en bovendien
kreeg hij f.25,- boete.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 31
vonnis 172 dd. 21-5-1891 |
|
Antoon Boudewijns, 22
jaar, schaapherder bij Antonius de Leest op Zondveld
(Jekschotstraat 5). Hij liet zijn schapen grazen langs
de gemeenteweg zonder vergunning. Drie gulden boete. Op
9 juni werd hij opnieuw berecht voor dezelfde overtreding en
opnieuw drie gulden boete. Ook op 21 november hiervoor
een boete van zes gulden.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 31
vonnis 166 dd. 23-5-1891 |
|
Johannes van Hastenberg, 30 jaar, klompenmaker, geboren
te Sint Oedenrode en wonende te Zijtaart. Hij had in het
gehucht Keldonk op de openbare zandweg een canadaboom
laten liggen. Johannes had deze boom gekocht en nadat de
boom gerooid was en had deze boom gedeeltelijk op de weg
laten liggen, zodat er maar hoogstens drie meter
doorgang was. Een gulden boete.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 31
vonnis 229 dd. 13-6-1891 |
|
Johanna Fassbender,
22 jaar dochter van Antoon Fassbender, geboren 9-12-1868
te Aarle Rixtel en wonende op Jekschot. Zij hitste haar
hond op toen deze Hendrika van de Meerakker (vrouw van
Hendrikus Korsten) aanviel. Hendrika verklaarde voor de
rechter dat ze voorbij het huis van gedaagde op Jekschot
liep alwaar enige personen stonden en dat zij gedaagde
haar fikhond ophitste door te roepen "Pak haar maar
Fik! Hou vast Fik." De fikhond heeft Hendrika
daarop in haar rokken gebeten en dat gebeurde terwijl er
uitbundig om werd gelachen door de personen die buiten
stonden. Wilhelmina van den Broek getuigde ook voor het
kantongerecht. Zij had wel gezien dat de hond
opgehitst werd, maar heeft niet precies gezien wie dat
deed en of de hond Hendrika wel heeft gebeten. Johanna
Fassbender ontkende dat ze de hond aangehitst heeft. De
rechter vindt onvoldoende bewijs en oordeelde
vrijspraak.
|
BHIC, Kantongerecht
Veghel, toegang 42 inv. nr. 31 vonnis 239 dd. 13-6-1891 |
|
Petrus Hendrikus
Verbeuken, 18 jaar, dienstknecht bij Jan de Leest op
Zondveld (Jekschotstraat 5). Op 4 juni liet hij in het
gehucht den Biezen zijn schapen grazen langs de openbare
weg zonder schriftelijke toestemming. Drie gulden boete.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 31
vonnis 399 dd. 15-9-1891 |
|
Jan Biemans
Martinuszoon, 17 jaar, geboren Sint Oedenrode en wonende
te Zondveld. Hij had op het gehucht Vossenberg onder
Sint Oedenrode zijn schapen laten grazen op een stuk
land begroeid met jonge mast en jong berkenhout. Het
stuk land behoorde toe aan Johannes Klomp. Zes gulden
boete.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 31
vonnis 438 dd. 10-10-1891 |
|
Johannes Vervoort
Martinuszoon, 31 jaar, landbouwer te Zijtaart. Hij had
wildstrikken opgesteld in een heg met de bedoeling hazen
of konijnen te vangen. 20 gulden boete.
|
BHIC toegang 7698 inv. nr. 82 |
|
Op 14-11-1891 kregen in Veghel de huizen per wijk een
nieuw nummer:
Biezen, nummers 797 t/m 827
Zondveld, nummers 828 t/m 866
Zijtaart, nummers 867 t/m 908
Doornhoek, nummers 909 t/m 941
De huisnummers dienen door de eigenaren duidelijk op de
gevel worden aangebracht op boete van maximaal drie
guldens.
|