GA Veghel, inv. nr.
26, fol. 120v. |
|
De burgemeester
vertelde de gemeenteraad op 1 maart 1888
dat L. Vervoort gevraagd is een begroting
te maken voor de aanleg van een verharde
weg van Veghel over Zijtaart naar
Zondveld en verder. Manders vond dat
onnodige kosten maken, omdat de opzichter
van de Waterstaat toch een begroting gaat
maken vanwege de aanvraag voor
provinciale subsidie.
|
PA Zijtaart,
parochiememoriaal. |
|
In april 1888 werd
er een nieuwe bliksemafleider op de
kerktoren, omdat de oude kapot was. De
spits is van platina, het van rood koper
gevlochten draad gaat van boven tot onder
aan een stuk zonder soldering. De draad
is onder bevestigd aan een vierkante
roodkoperen plaat, welk is neergelegd in
een gemetseld putje.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 28
vonnis 206 dd. 24-5-1888 |
|
Cornelis van der
Heijden, 50 jaar, arbeider, geboren te Oirschot en
wonende op den Biezen werd voor de rechtbank gedaagd.
Hij had op 3 mei 1888 heideplaggen
gestoken en langs de kant van de sloot tegen de
boompjes had opgetast. Cornelis verklaarde voor de
rechter dat hij dit niet gedaan had om die plaggen mee
te nemen. Hij was van plan om als hij de grond van zijn
baas bewerkt had deze plaggen weer terug te leggen. De rechter
sprak hem vrij
|
Parochieregisters
Zijtaart en bevolkingsregisters Veghel |
|
Op 2 juni 1888
overleed de 3 maanden oude baby Ardina,
dochter van Joannes van der Pas. Twee
weken later, op 16 juni overleed haar
broertje Petrus, geboren op 1 februari
1887. Zes dagen later overleed de 24-jaar oude
vader Joannes van der Pas. De moeder, Wilhelmina,
dochter van Cornelis van den Bogaard, had voor haar
huwelijk al twee buitenechtelijke kinderen gekregen. Het gezin woonde op
Jekschotstraat 20.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 28
vonnis 264 dd. 28-6-1888 |
|
Franciscus de Rijk, 49 jaar, schaapherder bij de
kinderen De Leest op Zondveld (Jekschotstraat 5) had zijn
kudde schapen langs de gemeenteweg in het gehucht
Zijtaart laten grazen zonder schriftelijke toestemming.
Drie gulden boete.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 28
vonnis 402 dd. 4-10-1888 |
|
Petrus de Rooij, 24 jaar, geboren in Son en Breugel,
schaapherder bij Lambertus Peepers op Zondveld
(Jekschotstraat 1).
Hij had zijn schapen laten gazen op
andermans grond, waarvoor drie gulden boete.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 28
vonnis 446 dd. 15-10-1888 |
|
Theodorus van Eert, 18 jaar (geboren te Sint Oedenrode
op 14 januari 1870) dienstknecht op Zijtaart. Hij had op
Jekschot wildstrikken geplaatst met het doel hazen of
konijnen te vangen. Twintig gulden boete.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 28
vonnis 472 dd. 15-11-1888 |
|
Jan Meulendijks, 17 jaar, geboren te Lieshout en
dienstknecht bij weduwe Wilhelmus van der Linden op
Zondveld. Hij was in het gehucht Soffelt aan het jagen
met een geweer zonder jachtakte. Toen veldwachter van
der Velden hem benaderde sloeg hij op de vlucht, maar
werd bij zijn woning aangehouden. Het geweer, geschat op
een gulden, werd in beslag genomen en kreeg een boete
van tien gulden.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 28
vonnis 475 dd. 6-11-1888 |
|
Hendrikus Jochijms, 32 jaar. molenaar, geboren te Beugen
en wonende te Veghel (Doornhoek). Hij had op 18 oktober
1888 op een zandweg zijn paard gespannen voor een kar
welke te zwaar was beladen met rogge wat de krachten van
het paard te boven ging.
Nadat Hendrikus 17 zakken had afgeladen ging het nog
niet. Na enige stappen bleef het paard weer staan omdat
zijn krachten tekort schoten. Gedaagde heeft aan ander
paard moeten inspannen en bij de molen gekomen werd
alles gewogen en bleek dat er ongeveer. 2625 kg rogge op
zijn kar gelegen was. Hij verklaarde voor de rechter dat
het om een weddenschap ging waarvoor tien gulden op het
spel stond. De rechter legt hem een boete op van f.7,50.
|
GA Veghel, inv. nr.
26, fol. 131v en 138. |
|
Op 14 december
presenteerde de burgemeester aan de leden
van de gemeenteraad de plannen voor de
verharding van de weg vanaf de
Zuid-Willemsvaart over Zijtaart en
Zondveld naar de grenzen van Lieshout.
Het plan was in drie delen gesplitst: het
eerste deel loopt vanaf de
Zuid-Willemsvaart tot aan de Klaverhoef, het tweede deel
van dit punt tot aan het Zondveld, en het
derde deel van daar tot aan de grenzen
van Lieshout. Er volgde een discussie,
waarna men besloot om het tweede deel
door te trekken tot tegenover het huis
van Antonie de Leest. Raadslid Manders
adviseerde om voor het geheel in één
keer subsidie aan te vragen. De
burgemeester was daar niet zo blij mee,
vanwege de kosten. Op zijn voorstel
besloot de raad om subsidie aan te vragen
voor alle drie delen, maar dat het derde
deel pas aangelegd zou worden nadat de
gemeente Lieshout aansluit. Dit voorstel
werd aangenomen.
Raadslid Van der Linden wil het liefst
een grindweg, omdat de meeste voertuigen
te zwak zijn om een keiweg te berijden.
De burgemeester antwoordde dat men in
Eerde én een keiweg én een grindweg
heeft. Men heeft daar dezelfde voertuigen
als in Zijtaart en in Eerde geeft men de
voorkeur aan een keiweg. Bovendien kost
het onderhoud van een grindweg veel en de
weg is na elke grindstorting bijna
onberijdbaar. Men kiest dan voor een
keiweg. Er werd een commissie aangesteld
die de aanleg van de weg voor moet
bereiden. Leden van die commissie worden
naast de burgemeerster: Van der Linden,
Manders, Völker en Van der Hoeven.
|
BHIC, Kantongerecht Veghel, toegang 42 inv. nr. 29
vonnis 10 dd. 24-12-1888 |
|
Petrus van den Oever, 37 jaar, landbouwer geboren en
wonende te Zijtaart (Leinserondweg 12). Op 8 december
had hij op
de provinciale weg onder Sint Oedenrode gereden met
paard en kar in volle draf en slechts met een lijn.
Bovendien had hij zonder noodzaak in de berm van deze weg gereden . Hij zette met hevige slagen zijn paard aan,
waarop deze galopperende door de berm richting Veghel
ging om aan de bekeuring te ontkomen. Maar de veldwachter achtervolgde hen tot aan zijn woning op
Zijtaart. Boete twee gulden.
|