|
OAA Veghel, inv. nr.
II-B-55. |
|
Twee huizen op Krijtenburg
hoorden onder Sint-Oedenrode en betaalden daar hun belasting,
Biezendijk 31
en Biezendijk 32.
Op 29 februari 1768 verklaarde
Adriaen Corsten, rotmeester van Veghel
van het rot de Biezen en Krijtenburg,
voor schepenen van Veghel dat hij als er
'gemeentenswerken' gedaan werden, zoals
het repareren van wegen en het vegen van
de Aa, hij alle 'rotgesellen onder syn
roth behoorende' gebood op een bepaalde
tijd en plaats te verschijnen. Maar
Gerrit Houbraken en Jan van de Logt
wonende op Krijtenburg (nu Biezendijk 31 en 32) kwamen nooit
opdagen en antwoordden steevast: "De
regenten van St. Oedenrode hebben ‘t
ons verboden.”
Zie de
ruzie om Eerde en Krijtenburg.
|
|
R106, fol. 89 (18-8-1768) |
|
Op 16 augustus kwam 's avonds een verder onbekend
persoon logeren in de herberg van Gerrit van Leemput in
Veghel, De volgende morgen werd hij ziek, en voordat hij
nog wat kon zeggen was hij dood. Ze hebben hem toen maar
in Veghel begraven in een naamloos graf. Zie de
attestaties van
1767-1772.
|
|
II-E-6, fol. 352 (13-11-1768) |
|
De regenten van Veghel komen in een speciale vergadering
bijeen. President Petrus de Jong informeert de
vergadering dat er een razende hond door Veghel heeft
gelopen en dat die dolle hond verschillende andere
honden heeft gebeten. Deze zijn doodgeschoten. Er komt
een gemeentelijk bevel om alle andere honden aan de
ketting te leggen om te kijken of er niet meer besmet
zijn.
|
