Foto's Huizen Kroniek

Kroniek van het jaar 1742


Zie Ruzie om Eerde en Krijtenburg   De secretarissen van Veghel en Sint-Oedenrode ruzieden al lang over de vraag wie van hen beiden bevoegd was om de stukken betreffende Eerde en Krijtenburg te schrijven en de daarmee samenhangende inkosmten te beuren. De inwoners van Eerde en Krijtenburg hadden daar last van. Als ze hun huwelijk lieten proclameren, of inventarissen, transporten of verdelingen van goederen  in Veghel of Sint-Oedenrode lieten beschrijven, het was nooit goed. Altijd maakte de andere partij problemen.

Op 16 april 1742 kwam het geschil voor de Raad van Brabant. Daar werd door de secretarissen een akkoord gesloten. Gijsbert Gualtherie, de secretaris van Sint-Oedenrode bleef de stukken schrijven betreffende de personen en de goederen die in Sint-Oedenrode belasting betaalden, maar de opbrengst daarvan overhandigde hij aan zijn zwager, de Veghelse secretaris, Gerard de Jong. De bewoners van Eerde en Krijtenburg haalden opgelucht adem.

 

II-B-5, fol. 157 (14-5-1742)

  Jan Hendrick Hacken was door brand geruïneerd en kreeg een jaarlijkse uitkering uit de armenkas.

 
R101, fol. 258v (15-5-1742)   Op verzoek van de officier van Beek en Donk legde Antonetta Willem Strybos, vrouw van Hendrik van der Putten, wonende op de Donk onder Beeck in Veghel een verklaring af.

In Beek en Donk deed de roddel de ronde dat Willemijna Jan Peter Dielis een paar maanden geleden bevallen was en het kind gedood had. Willemijna was ongetrouwd en werkte als dienstmeid bij Antonetta’s buurman, Peter Gerits, die met Maria Jan Peter Delis was getrouwd, een zus van Willemyna.

Antonetta vertelde dat ze in juli of augustus 1741 al tegen Willemijna had gezegd dat het leek dat ze zwanger was. Dat werd ten stelligste ontkent. Willemyna zei: “Voelt dan op mijnen buijk.” Dat deed Antonetta en ze zei: “Nu ben ik versekert, en wil wedde om 50 gulden dat gij swaer gaet, en dat gij eer ses maenden om sijn sult craemen. En doordien gij hebt geswooren dat gij niet swanger gaet, sou ’t wel konnen gebueren dat gij met eenen gloyigen priem door u tong worde geboort, want ik heb wel hooren seggen, dat die vals sweeren op die wijse gestraft worden.”

Willemijna werd almaar dikker en begin oktober 1741 lag ze een paar dagen ziek op bed. Op 5 mei 1742 bracht Antonetta de kwestie weer ter sprake bij Willemijna. Ze stonden in de schuur. Willemijna zei dat ze altijd schrik had gehad dat haar tong met een gloeiende pin doorboord zou worden. Dat was een halve bekentenis, en onder tranen kwam het verhaal er uit. In de nacht van 8 op 9 oktober 1941 had ze een kind gebaard. Ze had het gedood en het daarna nog een dag en nacht bij haar in bed gekoesterd. Daarna had ze het stiekem ergens op een akker begraven. Ze had het niet gedoopt, maar had wel drie kruistekens over het grafje gemaakt. Ze had het ook niet gebiecht, omdat ze zich voor haar daad schaamde.

 

R101, fol. 265 (25-7-1742)

  Hendrik Geerits van der Heijden, woonde de Hei (Mariaheide) in Hoirdonk. Op zondag 22 mei 1742 werd hij op een kar thuis afgeleverd. “Hij is dronken” werd er bij verteld. Maar hij bleek dood. Hij had gevochten in in Esdonk onder Gemert, en een grote hoofdwond boven het rechter oog van wel drie vingers breed, zodat er hersenen, “de quantityt van wel twee lepelen vol was uijtgeloopen, waar op de doot nootsaakelyck heeft moeten volgen.”

 
R102, fol. 1 (1-9-1742)   Een Gouden bruiloft in Veghel. Marten van Kilsdonk, oud 78 jaren, en zijn vrouw Hendriena de Poorter, oud 79 jaren, laten door schepenen optekenen dat hij van plan is "te houden syn gulde bruijloft feest, en ten respecte van dit seltsaem geval onder Godts goetheyt dus lange gepaert geweest."

Hij heeft altijd in Veghel gewoond, waar hij 15 jaren president-schepen was. "en in syne jonge jaeren dooreyst hebbende geheel Engelandt, Vrankryk, Spanjen, Napels, Dalmatiën, de Republiecquen van de Nederlanden, Genua, Venetiën, Roomen, geheel Italiën en voorts geheel Duijtslandt."

 
R101, fol. 268 (10-9-1742)  

In juli 1742 werd er in Veghel ’s nachts een verdacht persoon aangehouden, die Maurits zei te heten. Hij werd op transport naar Den Bosch gesteld. Daar werd hij wat later opgehaald door de drost van de Baronie van Boxtel, die nog een appeltje te schillen had met die Maurits. Voor niet nader genoemde misdrijven werd Maurits in Boxtel opgehangen. Jacobus van Orten uit Veghel, die Maurits gevangen gehouden had, is naar de executie wezen kijken.

 

R102, fol. 17 (19-2-1743)

  In de koude nacht van donderdag op vrijdag 20 december 1742 brandde het huis van rademaker Adriaen Claassen Rademakers, staande over de Brugge (Hoogeind), af, "als sijnde daer inne alle desselfs meubilaire goederen, clederen, linnen. wollen, hoij, stoij, mitsgaders desselffs rademakers gereetschap en veel gesaagt hout daer inne verbrant, en met het uytterste gevaar van sijn leven als mede sijn vrou en ses cleijne kinderen geëchappeert, en waardoor is geraakt tot armoede." Hij krijgt van de schepenen een bedelvergunning die een half jaar geldig is.

Bouwstijlen - Thema's - Groei - Organisatie's  - Veldnamen
Afkortingen - Toelichting verenigingen - Toelichting Huizen - Toelichting Kroniek - Downloads

/