Kroniek van het jaar 1952
Het
polygoon jaaroverzicht
Veghelse Courant, 9
februari 1952 |
|
Zondag 3 februari werd
alhier een fancy-fair gehouden welke zeer druk werd
bezocht. De opbrengst kwam ten goede aan de
jubilerende fanfare voor het aankopen van nieuwe
instrumenten. De verloting had een vlot verloop.
|
Veghelse Courant, 9
februari 1952 |
|
Door
het meisjes- en jongensgilde zal op Zondag 10
Februari om 5 uur een ouderavond gegeven worden in
het verenigingsgebouw. ’s Morgens begint de dag met
een H. Mis opgedragen door de Aalmoezenier. Na de H.
Mis gezamenlijk ontbijt in het verenigingsgebouw.
’s-Middags om half twee geven onze gildebroeders en
zusters een toneelstukje , alleen voor de
schoolgaande jeugd. Om 5 uur krijgen de ouders een
programma dat klinkt als een klok, toneel, zang,
declamatie, verloting, enz. Ook worden er 2 jongens
van het gilde plechtig geïnstalleerd tot vaandrig
van het jongensgilde.
|
Herinnering
van Piet Raaijmakers d.d. 25 februari 2007. |
|
Piet
geeft niet hoog op van de kwaliteit van het onderwijs
in jaren dat hij in Zijtaart les gaf (1948-1954): “De taal-
en leesboeken waren nog uit 1908, oud, oud, oud
!.”
Toen meester Piet Raaijmakers in 1952 op (huidig
adres) Pastoor Clercxstraat 24 kwam wonen, kwamen de
leraren tijdens de pauze daar koffie drinken. Eerst
gingen Piet en meester Van Eerd koffie drinken en De
Jong paste op de jongens. Dan kwam de Jong koffie
drinken en Van Eerd ging terug, maar die ging vaak ook
nog snel even bij Koster Rietbergen een bakske koffie
halen. “Soms moesten we nog hard terug lopen,
anders was de school uit,” zegt Piet, “Er
werd niks gedaan. Frans had altijd tijd genoeg. Dat
was wel gezellig, maar voor de school niet zo goed.”
Een keer waren de leerlingen van de Zijtaartse
school getest door het Arbeidsbureau (vergelijkbaar
met de latere CITO toets). De Zijtaartse jongens
scoorden allerbelabberdst. “Wat moeten we er toch
mee aan,” zei meester van Eerd. “Laten we
er maar meteen een BLO van maken,” grapte Piet
Raaijmakers, “dan gaat ons salaris ook nog
omhoog ook.”
|
Verteld
door Johan van Nunen op 3 juni 2007. |
|
Johan
van Nunen vertelde: “Meester van Eert ging vaak op
bezoek bij Dina de Mulder (bijgenaamd ‘Spinneke’)
en ook bij Drika Delissen. Drika plaatste dan de
bloempotten op ’n bepaalde manier op de
vensterbank.”
|
Stukje uit een krant
toegestuurd door Tonio van Zutphen. Autheur en datum
ontbreken, maar zowel schrijfstijl en de tekening wijzen
baar Bernard van Dam uit Eerde. |
|
EEN BOERDERIJ IN VEGHEL
Het is ruim een eeuw geleden, dat brouwer Smits te
Veghel door aankoop eigenaar werd van 'n complex
heidegrond ter grootte van omstreeks 120 bunder, gelegen
Westelijk van de Zuid‑Willemsvaart en deze gronden, na
voor de nodige afwateringsmogelijkheid te hebben
gezorgd, successievelijk voor eigen rekening begon te
ontginnen.
De bemesting geschiedde door middel van per schuiten
aangevoerde gier, houtas en wat verder voor het doel in
aanmerking kwam en daar zo goed als alle percelen uit
zeer goede zandgrond bestanden, ontstonden hier in een
20‑tal jaren uitstekende bouw- en weidegronden. Brouwer
Smits werd zodoende een der grote pioniers op het gebied
van ontginning in midden‑Brabant.
Later werden er behuizingen gebouwd en boerderijen van
voor die streek betrekkelijk grote oppervlakte in pacht
uitgegeven, zodat nu ter weerszijden van de provinciale
weg St. Oedenrode‑Veghel (de in 1944 door de Bevrijding
algemeen bekend geworden “Corridor") enige prachtige
boerenhofsteden liggen, omringd door vruchtbare weide-
en bouwgrond.
Een dezer boerderijen is de hierbij afgebeelde, nu in
eigendom van de dames Coovels te Helmond, klein kinderen
van de pionier brouwer Smits. De behuizing vertoont het
type van de in Brabant algemeen voorkomende
boerderijbouw: woonhuis, stalling, dorsvloer en
bergplaats voor een gedeelte van de graanoogst. Ze wordt
geflankeerd door een grote schuur, die voor allerlei
doeleinden dienstig is en de ruime binnenplaats, in
Brabant “de misse”, wordt aan de ene zijde nog
afgesloten door het oude bakhuis, dat als zodanig
jarenlang geen dienst meer doet. Het geheel, omringd
door een rij prachtige oude eiken, vormt wel een der
mooiste voorbeelden van practische boerderijbouw uit die
streek en ligt als een juweel in het landschap.
De tegenwoordige pachter is A. van Zutphen, die, behalve
boer, ook nog bureau‑houder van kring St. Oedenrode is
en, uitgezonderd het zorgzaam toezicht en de bekwame
leiding, het overige werk met een gerust hart kan
overdragen aan moeder de vrouw en elf gezonde, fiks uit
de kluiten gewassen spruiten: zeven zonen en vier
dochters. Een pracht van een huishouden!
Het gemengde bedrijf is 18 ha groot en er worden als
regel 14 melkkoeien, 8 vaarzen, 8 à 10 mestkalveren, de
nodige zeugen en varkens en 250 kippen gehouden, terwijl
verder pauwen, ganzen, kalkoenen, krielen en duiven de
vee‑inventaris completeren en kleur en leven op het erf
brengen. Een drietal paarden doet het voor zijn doel
bestemd werk en is regelmatig in touw, evenals elk lid
van het grote huishouden, want vooral in het vroege
voorjaar is er veel werk aan de winkel.
Dit alles wil echter niet zeggen dat de familie Van
Zutphen geen tijd heeft om buurters en bekenden te woord
te staan en aan deze de hooggewaardeerde Brabantse
gastvrijheid te betonen en dan horen we al gauw het één
en ander over de ”tegenwoordige tijd” en dat er zo hard
gewerkt moet worden, omdat er “zo veel nodig is in een
huishouden” en dat het "alle dag geld is!" Met dat
laatste wordt dan bedoeld alle dag geld “uitgeven”; wat
er binnenkomt, daarmee hebben we geen zier te maken en
daar blijven we netjes buiten.
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 30 januari 1952. |
|
Graard van Boxmeer zegt in de gemeenteraad niet erg
tevreden te zijn over het leggen van de nieuwe
duiker bij het begin van de Zijtaartse weg. Ook had
hij liever gezien, dat daar een lichtpunt was
geplaatst in plaats van twee witte palen, waarvan er
al één omver is gereden. Adrianus van de Ven
verzoekt B&W om de bouw van transformatorhuisjes te
Zijtaart zoveel mogelijk te bevorderen. Verder
verzoekt hij om het lichtpunt in de Doornhoek te
verplaatsen. Hierom heeft hij al eens meer gevraagd.
De burgemeester zal het een en ander nader bekijken.
Graard
van Boxmeer vraagt of er te Zijtaart nog een
bouwterrein overblijft tussen
Janus Brugmans en
Jan Dortmans.
Adrianus van de Ven vraagt hoe het staat met de
verdere uitbreiding van het electrisch net en de
waterleiding te Zijtaart. Verder informeert hij naar
de plannen voor de nieuwe weg Veghel-Lieshout.
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 4 maart 1952. |
|
Zonder beraadslaging besluit de gemeenteraad aan
Hendrikus
Jonkers mede te delen dat de gemeente een
weiland op de Biezen niet wil verkopen, maar wel wil
ruilen. Een bericht met dezelfde strekking wordt aan
A. Kremers gestuurd, die een perceel weiland op
Corsica wil kopen. Dit conform het advies van B&W.
|
Kasboekjes van de
rijvereniging in bezit van Cor Coppens. |
|
In 1952 ging de rijvereniging op concours naar o.a.:
Mariaheide (22 mei), Zeeland (15 juni) en Schijndel
(6 juli).
|
De Gelderlander,
12 maart 1952. |
|
'Zondag kwamen in Tilburg de R.K. muzikanten van het
Bossche Diocees bij elkaar en warden de data
vastgesteld voor de te houden festivals in de
komende zomer. (..) Zijtaart bij Veghel, op 17, 18,
22 mei.'
|
Doc. GAvB. |
|
Van 19 tot 22 mei
1952 was er een festival op Zijtaart,
gevolgd door een kindsheidsoptocht op 25
mei.
|
Brabants Dagblad,
27 januari 1962. |
|
In 1952 ging de
fanfare voor het eerst op
concours. Men moest met een tweede prijs
genoegen nemen.
|
Foto: collectie
Harrie Vervoort. |
|
In hetzelfde jaar
vierde de fanfare haar 50-jarig bestaan.
|
Foto: collectie
Harrie Vervoort. |
|
De RKJB vierde in
1952 haar 30-jarig bestaan. |
'Zijtaart', 41; Doc.
GAvB. |
|
Geëmigreerd in
1952:
- 10 april 1952 Antoon van Zutphen en echtgenote
Marie, en zoon en dochter, dochter Anneke
bleef in Nederland.
- Een dochter van Tinus van de Tillaart
(Tien de Weuw) met gezin. Riet van de
Tillaart vertrok naar Canada en hun zus
Mien naar Nieuw-Zeeland.
- Het gezin Van den Elzen - Raaijmakers,
Eerde en Zijtaart
|
Brabants Dagblad,
13 juni 1961; 23 oktober 1976. |
|
Toon van Zutphen emigreerde in 1952
naar Canada. Zijn kippenhok werd gebruikt
door het in 1951 opgerichtte
Genoveva-gilde en het meisjesgilde kwam
op straat kwam te staan. Pastoor A. van
de Bult was zo vriendelijk het zogenaamde
knekelhuisje op het kerkhof af te staan.
'Het was een wat griezelige gildehal, als
men weet dat het knekelhuisje diende om
lijken te herbergen. Het KMG kon kiezen
of delen: ophouden te bestaan, of intrek
nemen in het knekelhuisje. De vereniging
koos voor dat laatste. Ze hebben er ruim
vier jaar bijeenkomsten gehouden.'
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 10 juni 1952. |
|
Graard van Boxmeer vraagt in de
gemeenteraad hoe het staat met de verkoop van het
bouwterrein te Zijtaart aan
Harry Bolk. De houtmijt van
Janus Brugmans staat blijkbaar op die gemeentegrond.
De burgemeester antwoordt dat hij in de volgende
raadsvergadering waarschijnlijk meer weet.
Verder verzoekt Graard van Boxmeer om
verbetering van het wegdek van de weg langs de
Zuid-Willemsvaart tot aan de Zijtaartseweg. De
burgemeester zal dit opdragen aan de directeur van
gemeentewerken.
Adrianus van de Ven informeert naar de
mogelijkheid van aansluiting op de waterleiding van de
buurten Hemel en Zondveld. De burgemeester zegt dat dit
verzoek is doorgezonden aan de waterleidingmaatschappij.
Christ van de Ven informeert naar de beslissing op het
verzoek om in het hartje van Zijtaart het vuil te doen
ophalen. De burgemeester zegt dat dit verzoek is
doorgegeven aan gemeentewerken.
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 30 juni 1952. |
|
De burgemeester licht toe dat
Harry Bolk de volle diepte van het perceel naast dat
van
Jan Dortmans wil kopen. Tot 40 meter diepte bedraagt
de prijs per meter f 1,25 en verder naar achter 50 cent
per meter. Graard van Boxmeer vindt 1 gulden per
vierkante meter wel genoeg. Harry Bolk krijgt in
vergelijking met Jan Dortmans maar een smal front. De
burgemeester is verwonderd, nog niet zo lang geleden
hebben de Zijtaartse raadsleden het perceel op f 2,50
per meter getaxeerd. Op een vraag van Christ van de Ven
antwoordt de burgemeester dat Harry Bolk f 1,25 wil
betalen. De raad beslist aldus zonder verder overleg.
Graard van Boxmeer vraagt of die ene
woning in Zijtaart, die ook vroeger al aangesloten had
kunnen worden op het electriciteitsnet, nog in
aanmerking komen voor de gemeentelijke bijdrage van 25
%? “Nee, dat kan nu niet meer,” antwoordt de
burgemeester.
|
Doc. GAvB. |
|
Op 1 juli 1952
brandde het achterhuis van Antoon van den Oever af.
|
Foto: collectie
Evert Bosch. |
|
In 1952 ondernamen
de leden van Jong Nederland een reis naar
Belgie.
|
Informatie van Theo (zoon van
Piet) van den Elsen (Oss) op 13 april 2007. |
|
In 1952 werd Piet van den
Elsen aangesteld als onderwijzer aan de jongensschool in
Zijtaart. Hij haf les aan de eerste en tweede klas. De
eerste twee jaar woonde hij in Veghel. Van 1954 tot 1959
woonde hij op (huidig adres)
Pastoor Clercxstraat 24. In 1959 kreeg hij een
aanstelling in Oss en verhuisde de familie naar Oss.
|
Foto: collectie Janus en Dina
van Nunen. |
|
Op
zondag 3 augustus 1952 was het kermis op Soffelt. Op
deze foto brengen Jan van Boxmeer en zijn vrouw Regina
van Nunen met hun zoontje Hans een bezoek aan de
kermis.
|
Heemkundige kring De Oude Vrijheid, Staffanfare van
de NCB 1938-1966 Sint Oedenrode. Uniek muziekkorps te
paard (Sint-Oedenrode 2009) 31.. |
|
Wanneer de Staffanfare van de NCB ergens een meerdaags
optreden had en er ’s nachts gebivakkeerd moest worden,
moesten de ouderen nogal een corrigerend optreden. De
plaatsvervangend dirigent, Ties Habraken uit Zijtaart,
vertelde achteraf dat de Staffanfare meer was voor
vrijgezellen, die dus ook gemakkelijker van huis konden.
Ties was getrouwd en als gediplomeerd dirigent had hij
gezag over de jeugd. Al ze ’s nachts al te luidruchtig
doorgingen, sprak Ties hen toe, dat ze de volgende dag
nog heel wat te verzetten hadden. Dan was het stil.
|
Ut Ujese op z’n Ujes.
Een boek geschreven door Udense mensen o.l.v. Ad
Vrenssen. Verhaal verteld door Harrie Sanders.
|
|
Rónd un troouwerij.
‘t Wâr in niggentienhonderdtweenvijftig in de maond
augustus, óp unne skonne, zônnige dag. De boere dinne al
vrûg ‘t vèld in um te hojje èn te ôkste. ‘t Wâr in d’n
tijd, dètter nog veul mi de hând gedaon moes worre. ‘t
Wâr dik hard werreke. Mar ut is evvel ók zoo, dè as ‘r
sooves iets te feste vieel of dètter wa anders te viere
wâr, dan waore ze lichelek van de pertij.
Now, óp dieje dag wâr ‘r iets aparts aon de hând: d’r
géng ‘r enne troouwe out dns bi mi un Sijtertse èn die
kwâme nao die troouwerij sâme in de bũrt woone. Daorum
stâke de biltrluij de koppe be mekâre um ‘r iets skons
af te mâke. Ze begésse mi te peele, lik as ze dè nuumde:
ze gônge ut hous versiere mi denne, blûmkes, kranse,
slingers èn nuum maró p. Daor vieete ze d’n tijd vur
want ut moes wel gef zijn. ‘t Mog nie rémmelig zijn ; ut
hous moes ‘r skon outzien! Want dè durske kwâm out ‘n
durrep, hier ‘n hel èènd vandaon èn vi’ir tôw heel wijt
eweg. Diksentijds wonde de twee, die génge troouwe,
rillek kort be mekâre in de bũurt. Èn di vrommes kwâm
hellemaol out Sijtert èn moes daorum mee unne goeie keek
ôp d’r nêj bûrt èn bûrluij krijge!.
Mar nivve dè peele protte ze ok meepesant évver wa ze
vûr prulderij out zon haole. Kik, wa kojôngesstreek dè
hi ‘r b in dieje tijd. Nee...., dè wis de bi mar ok
zellie, die gonge troouwe. Ze wisse ok van ze leeve nie,
wa die bûrluij out zon vreete, mar dètter ieet zô
gebeure: dè wis alleman. Um alvast wa in vurre te hebbe, haolde ze smèères betijds de èijer out de hennekoj, want
die zon sooves zeeker van pâs komme. Want wie lust ‘r ummers gen èij...., wanne?
Umdè de broud out Sijtert kwâm troouwde ze daor ok èn
wier daor d’n hellen dag hut fest gevierd. Ge had ‘r as bė dan evvel niks mi te mâke, mi alles watter ôp zonnen
dag gebeurde èn ge zâgt ‘r as b al hellemaol niks af,
want ‘t wâr ummers veuls te wijt eweg. Èn um te gaon
keeke wâr al hellemaol zund van d’n tijd ; ge hâget daor
veuls te druk viir mi van alles èn nog wa.
Mar sooves kwâme de bi wer ben. Nie um te peele, neeje,
dè wâr al kloor! Nee, now gönge ze is keeke èn beproote
wa ze zon doen um de getroouwde ut zô lastig muggelek te
mâke um ut hous binne te komme. Mar ze begosse mi te
rikrooje wa ze in of rontelum ut hous kosse aonvange
Daor lâge un hel de! zakke semènt in de skuur. Die wiere
v ‘t grotste gedelte al vast in de kèlder gesjoouwd.
Daomoo gônge ze ut dak op; ze brochte un olling
liddekant naor de nok van ‘t hous èn dè wier krèk âfter
de skorsteen ner gezet mi twee skon aonge trokke,
groowte péppe d’r in. Aon d’n andere kant van de
skorsteen makte ze unne kijnderwâge vâst, mi un
kiendjes-pop d’r in. Mar tow iemes zun èège wa al te
stivvig vâst hieel aon de skorsteenplaot skôf de plaot
van de skorsteen af èn géng mi donderend geweld. umbieg.
Ze vieel, krèk tusse twee mèide in, die ôp de misse
stéime te keeke....! En laot now krèk dees twee dûrskes
van te vûrre al gezid hebbe, dè ze ut nie te bént moese
mâke. Now, dè za’k oe vertelle..., d’r kwâm wa los be
die twee, téw ze zô verskoote wâre.
Mar téw ze wa veul tekeer gônge, vieete ze ze mi un paor
man 0p èn lieete ze in de voejersieloo zakke, die daor
vlak b gegrâve wâr. Van daor out késse ze toch nog
bekant alles zien watter gebeurde ép de misse. Eén van
de ânder vrollie ha intusse de èijer gebakke èn kwâm die
brenge. Ze gônge mi z’n alle ép de zakke semènt zitte,
die daor nog lâge. Ze haolde ok de twee vrollie wer out
de sieloo. Die kôsse now ok mee eete van die gebakke
èijer. Ut wâre ‘r skat ik zon zestig. Toew ze daor zâte
te praote, zin ‘r iemes:”Wette wa we wêr nog kanne doen?
We sjoouwe die zakke semènt nog efkes tigge de mildeur
aon, dan kan ie die nie van de stal af oope krijge èn de
ânder legge we tigge de viirdeur aon. Dan hittie aorig
wa te sjouiwe viirdè ze binne kanne”. Dè dinne ze nog
efkes! Dan kos d’n bruigem z’n èège nog is z’n bêst
outkuure um die zakke wer aon de kant te krijge.
Daornoo génge ze b één van de b unnen goeie bak koffie
vatte um alles nog is noo te praote: wa ze dâchte van di
nêj stel èn hoe lastig ut vi’ir die twee zô worre um
binne te komme. Ze vieete ok nog un fleske bier out ut
krètje èn drôn ke d’n dag èn ut wèèrek af mi unne goejen
aauwe kloore. Tevreeje évver al die prulderij die ze
outgehaold han, gong ielekendeen wer ôp hous aon, zich
verkneukelend ôp de mèèrege die komme zô...!
Wie die bruid uit Zijtaart was die in augustus 1952 met
iemand uit Uden trouwde, vertelt het verhaal niet.
Misschien Jans Vervoort?
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 12 augustus 1952. |
|
Adrianus van de Ven vraagt in de raad voor de zoveelste
keer om het lichtpunt in de Doornhoek te verplaatsen.
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 11 september 1952. |
|
Graard van Boxmeer vraagt in de gemeenteraad of
uit het feit dat er in de buitenwijken blusreservoirs
worden aangebracht, moet worden opgemaakt, dat de
waterleiding niet zal worden doorgetrokken. De
burgemeester zegt, dat men deze conclusie niet mag
trekken. Adrianus van de Ven zou graag zien dat een
gedeelte van het geld wordt gebruikt voor de aankoop van
brandslangen voor de buitenwijken. De burgemeester
antwoordt dat voor Eerde al brandslangen zijn aangekocht
en dat dat volgend jaar ook kan gebeuren voor
Maria-Heide en Zijtaart, nu ook deze plaatsen op de
waterleiding zijn aangesloten.
Een begrotingswijziging voor 1952 heeft
betrekking op de aanleg van de nieuwe weg
Veghel-Lieshout, waarvan de kosten door de gmeente bij
een breedte van 5 meter worden geraamd op ruim f
192,000. Vanwege subsidie staat het voor f 175,000 op de
begroting. Bongaerts vraagt of Veghel de weg toch zal
aanleggen, als Lieshout niet meedoet. De burgemeester
antwoordt dat het zeker is dat Lieshout niet meedoet.
Ook is vergeefs geprobeerd om er een provinciale weg van
te maken. Bongaerts vraagt wat de voordelen voor Veghel
zijn van deze weg. De burgemeester zegt dat Veghel dan
ook in die richting wordt ontsloten. Bongaerts vraagt of
die weg werkelijk zo belangrijk is voor de inwoners van
Zijtaart. Welk voordeel zien zij er in?
Christ van de Ven verwacht dat Zijtaart busverbindingen
zal krijgen met Veghel en Lieshout. Dat zal een hele
verbetering zijn voor Zijtaart. Adrianus van de Ven
vindt, dat Zijtaart ook wel eens van die slechte weg
bevrijd mag worden. Men moet de mensen maar eens horen
praten, nu Eerde een nieuwe weg heeft gekregen!
Bovendien lag vroeger langs de weg allemaal heidegrond,
die inmiddels al lang ontgonnen is. Bongaerts vindt dat
het doortrekken van de weg daarmee nog niet voldoende
gemotiveerd is. De burgemeester zegt dat hij de weg in
de eerste plaats van groot belang acht voor de boeren,
die daardoor hun grond beter kunnen bereiken. Daarnaast
is de weg ook van belang voor de middenstand van Veghel,
omdat Veghel ook van die richting beter kan worden
bereikt. Van Boxtel vindt dat Maria-Hout en Lieshout er
gerust wat voor over mogen hebben. Adrianus van de Ven:
“Ik hoop dat de weg zo spoedig mogelijk zal worden
aangelegd.” Burgemeester: “Dat heeft de gemeente
niet alleen in handen.” Adrianus van de Ven geeft de
verzekering dat de weg goed zal worden geopend, als hij
klaar is. Zonder stemming besluit de raad tot
begrotingswijziging.
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 20 oktober 1952. |
|
Volgens de winkelsluitingswet van 1951
mag de gemeenteraad op verschillende punten
verschillende sluitingstijden toestaan. Het betreft hier
vooral het instellen van een koopavond, het bepalen van
een halvedag-sluiting, de zondagsluiting en dergelijke.
Christ van de Ven zegt dat men er rekening mee moet
houden dat de bakkers in de buitenwijken niet om zes uur
klaar kunnen zijn met hun bestellingen. Dobbelsteen
vindt dat de winkeliers de uren van openstelling op
zondag zelf mogen bepalen. Christ van de Ven is het daar
mee eens: “ In Zijtaart woont een bakker, die tevens
snoep verkoopt. Vele jongelui stellen er prijs opzondags
‘s middags sigaretten of snoep te kunnen kopen. Hij
vindt dat trouwens ook beter, dan dat ze hun zakgeld
opzuipen…” De burgemeester: “Ik wens het woord
‘zuipen’ in vergaderingen van de raad niet te horen!
" Christ van de Ven: “Ik bedoel opdrinken.”
Van Boxmeer zou de opening van winkels
op zondag van hogerhand willen bepalen, bijvoorbeeld van
3 tot 7, dan komt de zondagsheiliging niet in gedrang.
De burgemeester zegt dat de zondag-openstelling alleen
geldt voor winkels die uitsluitend of in hoofdzaak gebak
enzovoorts verkopen. Het is dus twijfelachtig of de
bakker in Zijtaart daar wel onder valt. Er wordt
uiteindelijk besloten dat de winkeliers het zelf mogen
bepalen. De raad vergadert verder over welke dagen de
winkels verplicht open moeten zijn. Graard van Boxmeer
zou graag zien dat ook de kermisdagen in Zijtaart erin
worden betrokken.
B&W stellen voor om mee te gaan met het verzoek van de
middenstand om de winkels in Veghel op maandagmorgen en
op dinsdagmiddag te sluiten. Wel vindt hij dat op
dindagmiddag de bakkers en groenten- en fruithandelaren
wel open moeten blijven. Christ van de Ven meent dat men
er in Veghel zo op stond om verse groenten en vers brood
te hebben. Dit blijkt nu helemaal niet. In Zijtaart
houdt men daar wel van. Hij steunt daarom het voorstel.
Adrianus van de Ven is voorstander van het verzoek van
de middenstand. Ook is het van belang dat de groenten-
en fruithandelaren op dinsdagmiddag kunnen venten.
Vooral het zomerfruit moet direct aan de man gebracht
worden. De burgemeester is er voor om de
halvedagsluiting zoveel mogelijk op dezelfde middag te
bepalen, anders weten de mensen op den duur niet meer,
wanneer zij terecht kunnen. Of de mensen in Veghel
kieskeurig zijn, zoals Christ van de Ven zegt, zal de
raad uitmaken. Men besluit als voorgesteld, maar op
dinsdagmiddag mogen dan door de bakkers en groenten- en
fruithandelaren geen kruidenierswaren worden verkocht.
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 20 oktober 1952. |
|
Zonder
beraadslaging besluit de raad tot het verlenen van een
bijdrage van 25 % in de kosten van aansluiting van het
pand Zijtaart A81 aan het electrisch net aan A. van
Eerdt (huidig adres: Bresser 26), overeenkomstig het
voorstel van B&W.
De Bond van Bijenhouders van de N.C.B.
verkeert in grote moeilijkheden. B&W adviseert om geen
subsidie te geven. Raadsleden wijzen op het belang van
de bijen voor de bestuiving van fruitbomen. Adriaan en
Christ van Ven pleiten beiden voor een kleine subsidie.
Graard van Boxmeer zegt dat B&W vindt dat de
standsorganisaties maar moet subsidieren. Hij merkt op
dat de Boerenleenbank van Zijtaart al een handje heeft
geholpen. De burgemeester zegt dat hij bijenhouden meer
als een soort sport beschouwt. Ook zouden Sint-Oedenrode
en Schijndel bij moeten dragen en hij heeft gehoord dat
de vereniging feestavondjes organiseert op kosten van de
kas. Meer discussie volgt. B&W stellen dan een subsidie
van f 50,-- voor, onder voorwaarde dat ook aan Schijndel
en Sint-Oedenrode subsidie wordt gevraagd en dat men
moeite doet om meer interesse in bijenhouden aan te
kweken bij jonge mensen. Dit voorstel wordt door de raad
aangenomen.
|
Inv. nr.
1105, notulen van de gemeenteraad, 23 december 1952. |
|
Zonder stemming of beraadslaging besluit
de gemeenteraad medewerking te verlenen aan het bestuur
van de r.k. meisjesschool te Zijtaart voor het aanleggen
van een doorspoelinrichting met closet, overeenkomstig
het voorstel van B&W.
B&W stellen voor een bouwterrein te Zijtaart te verkopen
aan
M.C. (Tjeu) van den Tillaart en (diens broer) P.L.
(Piet) van den Tillaart (die
later van de koop af zou zien en op
Hoeve Corsica
kwam wonen) voor f 0,75 per vierkante
meter. Christ van de Ven meent dat de fruitbomen op het
terrein nog veel waard zijn. De burgemeester denkt dat
ze ongeveer f 15 per hoogstam en f 5 tot f 10 per struik
waard zijn. “Weet de huurder van deze grond, dat hij
het terrein moet afgeven?” vraagt Graard van Boxmeer.
“Kan de huur ten alle tijde worden beëindigd?”
Verder vraagt hij of op een bepaalde afstand van de weg
moet worden gebouwd. Adrianus van de Ven vraagt of de
kopers dit bedrag willen betalen. De burgemeester zegt
dat de koper de zaak zelf moet regelen met de huurder.
Er hoeft geen voortuin te zijn, het huis kan
betrekkelijk kort bij de weg gebouwd worden. Kopers
hebben gezegd dat ze f 0,75 per meter willen betalen. De
raad gaat accoord.
|
|